‘Miauw!’
Enthousiast komt de zwartwitte kat op me af gehuppeld. Met zijn kopje schuurt hij langs mijn enkel. Ik hurk en kan de kat makkelijk aaien. Een klein geluksmomentje. Dit gebeurt dagelijks bij mijn ommetjes, waar ik ook loop. Ik ben wat je noemt een kattenvrouwtje.
Al vanaf mijn jeugd ben ik gek op katten. We hadden een lapjespoes die Blackie heette. Twee keer per jaar kreeg ze jonkies. Van steriliseren hadden mijn ouders waarschijnlijk niet gehoord.
Dove Cor
Een van de kittens mocht blijven. Een witte kat die doof was. Dove Cor noemden we hem, naar mijn opa Cor die ook doof was. En een kat die niets hoort kun je tenslotte noemen zoals je wilt. Die komt toch niet als je roept.
Hij was vaak bij me en ik vond dat fijn. Katten zijn eigenzinnig en komen naar je toe als zij dat willen. Het gespin van een kat die bij je komt liggen, is enorm rustgevend.
Mijn twee rode poezenzusjes konden tot mijn verdriet niet blijven toen ik ging samenwonen met mijn vriend. Hij is allergisch voor ze, dus heb ik de dametjes bij familie een goed huis kunnen geven.
Kattenvrouwtje
Ik ben en blijf een kattenvrouwtje. Dus elk katje dat ik tegenkom, zeg ik gedag. Vaak komen ze naar me toe, soms niet en dat is prima. Mijn vriend is er al aan gewend dat ik regelmatig even hurk om een poes te begroeten en even aan te halen.
De buurkatten hebben hun eigen plekjes uitgezocht in onze tuin. Af en toe ligt er ook een verrassing voor me op de stoep, meestal in de vorm van een dode muis. Sinds kort pas ik ook af en toe op twee poesjes bij iemand uit de buurt.
Dat is fijn en ik geniet van al die eigenzinnige mooie dieren. Maar toch…
Schrijfbeweging
Veertig dagen achter elkaar, elke dag een wandeling, een foto en een kort verhaaltje daarbij. Een overzicht van alle dagen staat hier.
Volg me ook op Instagram en Facebook en bekijk meer foto’s van mijn avonturen.
Wil je meer weten over het schrijven van levensverhalen? Kijk dan hier.