Vanaf nu weet je wat je kunt doen als de woorden niet op papier komen, als je vastzit met schrijven, als je last hebt van het monster dat writer’s block heet. Of in goed Nederlands een schrijversblok. Tien tips en nog twee extra bonustips. Lees ze, bewaar ze en laat me weten welke tip jou heeft geholpen.
1. Loop dat writer’s block eruit
Loop je vast? Ga dan lopen! Gek advies hè? Toch is dit een supertip, vind ik zelf. Trek je schoenen aan, ga naar buiten (ja, ook als het regent) en kom letterlijk in schrijfbeweging. Je hoeft echt geen lange wandeltocht te maken, gewoon een ommetje van twintig minuten is al genoeg. De beweging zorgt ervoor dat het creatieve gedeelte in je hersenen gestimuleerd wordt. De dagelijkse beslommeringen kun je met elke stap achter je laten. Maak er een gewoonte van om een blokje om te gaan, voordat je gaat schrijven. Deelnemers aan mijn online programma ‘Levensverhalen schrijven’ krijgen daarom ook elke week een schrijfbeweging-opdracht. Het helpt. Echt.
Tekst gaat verder onder de foto.
2. Maak er een gewoonte van
Maak een afspraak met jezelf om te schrijven en houd je daar ook aan. Zet een kruis in je agenda, plan een hele dag of houd elke ochtend een uurtje vrij. Het maakt niet uit hoe lang of hoe vaak, als het maar bij je past. Zorg dat je schrijfplek rustig en opgeruimd is en ga daar op de afgesproken tijd zitten. Wat er ook gebeurt. Geen smoesjes, geen ja-maar, geloof me ik ken ze allemaal. Dit is jouw schrijftijd, de rest kan wachten.
3. Weg met die afleiding
Sluit de deur van je schrijfplek, plak er desnoods een ‘niet storen’ briefje op. Veeg je bureau of schrijftafel leeg. Leg je telefoon aan de andere kant van de kamer en zorg dat het geluid, de trilstand en het internet uitstaan. Sluit alle programma’s op je computer en open alleen je tekstdocument. Pak dan je tijdlijn of hoofdstukindeling en samenvatting erbij, eventueel foto’s of collages die je helpen bij het verhaal. Zorg voor zo min mogelijk afleiding. Ja, ook die wasmand moet uit zicht.
4. Stop een notitieboekje in je zak of tas
Ideeën of herinneringen komen op de vreemdste momenten. Als je aan het wandelen bent, wanneer je onder de douche staat met shampoo in je haar of tijdens het bekijken van foto’s. Zorg dat je altijd een notitieboekje en een pen of potlood in de buurt hebt om die gedachten meteen op te schrijven. Dat hoeven niet meteen hele verhalen te zijn, het kan ook in losse woorden of korte zinnen. Zo maak je jouw eigen naslagwerkje, superhandig bij het schrijven of wanneer dat writer’s block op de loer ligt.
Notitieboekje vergeten? Gebruik dan de notitie-app op je telefoon.
Tekst gaat verder onder de foto.
5. Maak je doel zichtbaar
Waarom ben je begonnen met het schrijven van je (levens)verhaal? Weet je nog wat je doel is en voor wie je jouw verhaal schrijft? Zet dat op een stuk papier en hang het aan je prikbord of muur. Dat kan door het op te schrijven, maar ook door plaatjes of foto’s op te plakken. Op Pinterest kun je afbeeldingen zoeken en bewaren. Welk gevoel krijg je bij het lezen en zien van jouw doel? Neem daar echt even de tijd voor. Stel je jouw boek voor, hoe ziet de kaft eruit? Zie je het voor je? De postbode brengt een doos vol boeken die je voorzichtig openmaakt. Dat eerste boek ruikt zoals alleen een vers boek kan ruiken. Wat een fijn vooruitzicht hè?
6. Ga foto’s kijken
Soms ben je simpelweg inspiratieloos. Denk je. Schrijf je een levensverhaal? Pak dan de fotoalbums er eens bij, of lees in dagboeken en oude brieven. Je kunt ook een onderwerp waar je op vastloopt als focus nemen. Zoek op internet naar afbeeldingen of filmpjes. Luister naar muziek die bij het onderwerp past. Het gaat je zeker helpen.
Tekst gaat verder onder de foto.
7. Een tijdlijn geeft houvast
Sommige mensen geloven in het schrijven zoals dat in je opkomt. Maar wat als het niet komt, wat als je niet weet wat je nu moet schrijven? Maak een tijdlijn of verhaallijn. Het liefst voordat je begint met het schrijven van je verhaal. Een ruwe indeling van begin tot eind. Zet letterlijk een streep op een groot stuk papier. Op die streep zet je stippen met daaronder een (voor het verhaal) belangrijke gebeurtenis. Onder die gebeurtenis zet je de onderwerpen of woorden die daarbij horen. Nu heb je jouw verhaal opgedeeld in kleinere stukken. Loop je vast, dan kun je ervoor kiezen om eerst een van de andere gebeurtenissen te beschrijven. Je kunt gedurende je schrijfproces natuurlijk altijd dingen aanpassen, gebeurtenissen toevoegen of juist schrappen. Het is een houvast, een hulpmiddel, maar geen betonnen blok.
P.S. In het online programma ‘Levensverhalen schrijven’ leg ik alles uit over het maken van een tijdlijn.
8. Goed hoeft niet perfect te zijn
Perfectie is een obstakel in het creatieve proces. Een nieuw huis wordt ook niet meteen gebouwd met het behang en de schilderijtjes al op de muren. Eerst leg je de fundering en dan ga je bouwen. Pas op het laatst ga je stuken, plamuren, verven en de puntjes op de i zetten. Schrijf zonder na te denken of de zinnen wel perfect lopen, of alle details wel kloppen. Gebruik jouw woorden en zinnen en probeer niet die bekende schrijver te imiteren. Ik prik gelijk even een illusie door: als je klaar bent met schrijven, begint het pas. Dan ga je schrappen, herschrijven, en (laten) redigeren. Dus, schrijf vrijuit.
9. Tien-minuten-woorden
Neem een onderdeel of gebeurtenis en richt daar al je aandacht op. De rest is even uit beeld en onbelangrijk. Denk bijvoorbeeld aan het zwemdiploma van je zoon. Sluit je ogen en zie het voor je. Zet dan een wekkertje op tien minuten en schrijf alle woorden op die in je opkomen totdat de wekker gaat. Bijvoorbeeld de geur in het zwembad, de geluiden, de kleur van zijn zwembroek, de namen van de badmeesters en -juffen, de blik op zijn gezicht. Je hoeft nog geen verhaal te schrijven, alleen losse woorden. Je zult merken dat de herinnering steeds levendiger wordt. Na die tien minuten kun je van al die woorden een verhaal maken.
10. Doe eens gek
Laat het kind in jezelf eens naar buiten. Doe eens gek en ga touwtjespringen, houd een balletje hoog of maak een toren van blokjes. Wil je het nog gekker? Loop achteruit door de kamer. Ga op één been staan terwijl je het alfabet achterstevoren opzegt. Zet een muziekje op en dans zoals je wilt, niemand die het ziet toch? Kortom, tijd voor een speelkwartier.
Lees de bonustips onder de foto.
Bonustip 1 – Ga er eens helemaal tussenuit
Verandering van spijs doet eten, verandering van omgeving doet schrijven. De dagelijkse sleur en de waan van de dag zijn twee schrijfkillers. Het is heel makkelijk om steeds excuses en smoesjes te bedenken en het schrijven uit te stellen. Ja maar, de was moet nog gedaan. Vandaag is het zulk lekker weer om naar het strand te gaan, morgen ga ik wel schrijven. Ik voel me niet zo lekker, dus ik sla mijn schrijftijd over. Ik heb het veel te druk, echt geen tijd om te schrijven. Ja, ik zit nu eenmaal met dat schrijversblok, dus…
Smoesjes, ik ken ze allemaal. Sterker nog… ze zouden zo uit mijn mond kunnen komen. Tijd om de boel even op te schudden, je koffer of schrijftas te pakken en een andere omgeving op te zoeken. Een tijdje geleden was ik vijf dagen alleen in een huisje aan de rand van de Loonse en Drunense duinen. Eten mee voor de hele week, mijn wandelschoenen en mijn laptop. Wat heerlijk was dat en het schrijven ging elke dag beter. Echt een aanrader.
Bonustip 2 – Praat met iemand over je verhaal
Houd je verhaal en je writer’s block niet voor jezelf, maar praat erover met iemand die je vertrouwt. Leg uit waar je mee bezig bent en op welk stuk je vastloopt. Laat ze meelezen, als je dat prettig vindt. Door erover te praten, kom je vaak al op ideeën. Een schrijfcoach kan je ook helpen om door die knoop heen te komen. Zelf begeleid ik meerdere mensen met hun boek of levensverhaal en het is geweldig om te doen. Zeker als iemand het niet meer ziet zitten en de handdoek in de ring wil gooien, maar aan het eind van het gesprek weer helemaal enthousiast en gemotiveerd is.